Socialisme
Socialisme is een politieke maatschappijvorm, en ook een economische filosofie gebaseerd op socialisatie en het collectief eigendomsrecht van de productiemiddelen. Kerngedachte binnen deze stromingen is dat het collectief de hoogste beslissingsbevoegdheid heeft over de verdeling van macht en goederen. Arbeiderszelfbestuur staat centraal bij verscheidene socialistische theorieën.
Of de samenleving gevormd moet worden door overheidsingrijpen of door individueel initiatief is van oudsher een strijdpunt binnen de socialistische beweging. Een meerderheid van sociaaldemocraten, institutionalisten, marxisten-leninisten, fabianen en anderen zien heil in ingrijpen in economie en maatschappij door politieke partijen en regeringsdeelname, terwijl anarchistisch en links-communistisch georiënteerde socialisten doorgaans fel gekant zijn geweest tegen staatsmacht, vooral waar die als ondemocratisch wordt ervaren.
Oorsprong van het woord socialisme
[bewerken | brontekst bewerken]Het woord socialisme stamt af van de Latijnse woorden socius en socialis. Het woord socius betekent deelgenoot of gemeenschappelijk, terwijl socialis op zijn beurt kameraadschappelijk of het behoren tot een gezelschap betekent.[1]
Het oudste bekende gebruik van de term socialist is in een Italiaanse krant uit 1803 gevonden, maar daar werd het niet gebruikt in een politieke of economische betekenis.[2] Het oudste gevonden politieke gebruik van het woord socialist was in 1827 in de Britse krant Co-operative Magazine dat werd uitgegeven door de aanhangers van Robert Owen.[2][3] In 1832 werd het woord socialisme gebruikt in een artikel van Pierre Leroux in Le Globe, waar hij het woord socialisme gebruikte om de denkbeelden van Saint-Simon te beschrijven.[2] Het woord socialisme werd in 1833 gebruikt in de krant The Poor Man’s Guardian, dat werd uitgegeven door Owen-aanhanger Henry Hetherington.[4] Ook is bekend dat de term socialisme in 1835 werd gebruikt door aanhangers van Owen.[4]
Theorieën
[bewerken | brontekst bewerken]Politiek-theoretisch valt het socialisme te herleiden tot de werken van Henri de Saint-Simon. In de negentiende eeuw werd dit doorgezet door Karl Marx,[5][6] Pierre Joseph Proudhon