griffen
Uiterlijk
- grif·fen
- uit het Vroegnieuwnederlands [1]
griffen [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
griffen |
grifte |
gegrift |
zwak -t | volledig |
- door krassen voor altijd vastleggen in een duurzaam materiaal
- (figuurlijk) in het geheugen griffen: voor altijd blijven onthouden
- De Duitse gouverneur probeerde alle gerechten, desserts en wijnen in zijn geheugen te griffen om alles haarfijn in een brief aan zijn bloedverwanten in Duitsland te kunnen beschrijven, en het ergerde hem bovenmatig dat de hofmeester niet met de in een servet gewikkelde fles bij hem langs kwam.[3]
- ‘Een grote geest heeft eens opgemerkt over een groots werk dat hij had gelezen, dat het maar één tekortkoming had: het was niet kort genoeg om het in het geheugen te griffen en niet lang genoeg om het nooit uit te krijgen. Mocht men het laatste over mijn werk zeggen, dan is dit vast niet vanwege de voortreffelijkheid ervan, maar vanwege de saaiheid en wijdlopigheid.’[4]
1. door krassen voor altijd vastleggen in een duurzaam materiaal
- Het woord griffen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "griffen" herkend door:
48 % | van de Nederlanders; |
59 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ griffen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tolstoj, L.N.Oorlog en Vrede Vertaald uit het Russisch door Yolanda Bloemen en Marja Wiebes 2006 ISBN 9028240462 pagina 80
- ↑ NRC Ger Groot 12 december 2008
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Figuurlijk in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 48 %
- Prevalentie Vlaanderen 59 %