wrijflap
- wrijf·lap
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wrijflap | wrijflappen |
verkleinwoord | wrijflapje | wrijflapjes |
de wrijflap m
- een doek waarmee men hout kan opwrijven zodat het weer glimt
- Op dit vroege morgenuur wordt 's Ministers vertrek gelucht, houdt de hand van schoonmaaksters er huis en ontwijden wrijflap en ragebol de bureaucratische indrukwekkendheid van het door Thorbecke befaamd geworden ‘Torentje.’ [2]
- Het woord 'wrijflap' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wrijflap" herkend door:
80 % | van de Nederlanders; |
75 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ (1881)– [tijdschrift] Gids, De In den ‘komkommertijd’.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be