(Translated by https://www.hiragana.jp/)
infinitief - WikiWoordenboek Naar inhoud springen

infinitief

Uit WikiWoordenboek
Versie door Snorrebot (overleg | bijdragen) op 16 mrt 2024 om 18:47 (top: lidwoord voor trefwoord, doorloop 1.1)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • in·fi·ni·tief
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘onbepaalde wijs’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1625 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord infinitief infinitieven
verkleinwoord infinitiefje infinitiefjes

de infinitiefm

  1. het hele werkwoord
    • Hij wist niet dat de infinitief hetzelfde was als het hele werkwoord. 
92 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]