(Translated by https://www.hiragana.jp/)
doorlezen - WikiWoordenboek Naar inhoud springen

doorlezen

Uit WikiWoordenboek

(klemtoonhomogram)

  • door·le·zen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
doorlezen
las door
doorgelezen
klasse 5 volledig

dóórlezen [1]

  1. inergatief voortgaan met lezen.
    • Ondanks alle herrie las zij onverstoorbaar door. 
  2. overgankelijk in zijn geheel lezen.
    • We hebben het reglement nog eens goed doorgelezen. 
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
doorlezen
doorlas
doorlezen
klasse 5 volledig

doorlézen [2]

  1. overgankelijk een tijdsbestek geheel met lezen doorbrengen.
    • Hij doorlas het hele weekeinde. 
vervoeging van: doorlezen…
geen verbogen vorm

doorlezen

  1. voltooid deelwoord van doorlezen, (veel literatuur gelezen hebbend), belezen
    • Hij is een doorlézen man. 
  • vervoeging van doorlezen: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs)
vervoeging van: doorlezen…
geen verbogen vorm

doorlezen

  1. voltooid deelwoord van doorlezen
100 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[3]