explosief
Uiterlijk
- ex·plo·sief
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | explosief | explosieven |
verkleinwoord |
het explosief o
- ontplofbare stof of voorwerp
- Om een explosief tot ontploffing te brengen is energie nodig.
- Een speciaal getrainde hond zoekt het terrein af op aanwezigheid van explosieven.
1. ontplofbare stof of voorwerp
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | explosief | explosiever | explosiefst |
verbogen | explosieve | explosievere | explosiefste |
partitief | explosiefs | explosievers | - |
explosief
- ontplofbaar
- Nitroglycerine is een zeer explosieve stof.
- plots veranderbaar, snel uitbreidend
- Na de wedstrijd ontstond een explosieve sfeer.
- In de 19e eeuw kende de stad een explosieve groei.
- snel boos wordend
- Het lijkt een faux pas. Een kuchje op het verkeerde moment. ‘Sorry’, zegt het kamermeisje Abigail (Emma Stone) als de explosieve koningin Anne (Olivia Colman) haar vinnig aankijkt. ‘Ik denk dat ik een koutje heb gevat toen ik gisteren de kruiden plukte tegen uw jicht.’ [1]
1. ontplofbaar
- Het woord explosief staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "explosief" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ de Volkskrant Floortje Smit 2 januari 2019 The Favourite is verschrikkelijk grappig en oneindig tragisch (vijf sterren)
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -ief in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %