gooier

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  gooier    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• gooi·er

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van gooien met het achtervoegsel -er

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	gooier	gooiers
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de gooier m

1. iemand die gooit

Verwante begrippen

• werper

Hyponiemen

• bommengooier, erfgooier, overgooier, pijltjesgooier, stenengooier

Verwante begrippen

• mannelijke vorm van gooister

Vertalingen

    1.   

Spaans: lanzador (es) m

Gangbaarheid

• Het woord gooier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.