knotsen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  knotsen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• knot·sen

Zelfstandig naamwoord

de knotsen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord knots

Gangbaarheid

• Het woord knotsen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "knotsen" herkend door:

96 %	van de Nederlanders;
92 %	van de Vlamingen.