notitieboek
Uiterlijk
- Geluid: notitieboek (hulp, bestand)
- no·ti·tie·boek
- samenstelling van notitie en boek [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | notitieboek | notitieboeken |
verkleinwoord | notitieboekje | notitieboekjes |
het notitieboek o
- klein boekje waarin je korte notities kan maken
- In zekere zin kun je De laatste dingen (het debuut van Jenny Offill, die in Nederland vorig jaar lof oogstte met haar tweede roman, Verbroken Beloftes) op die manier lezen: als een notitieboek, zonder vooropgezet plan dus. Als lezer speur je, samen met Grace, tussen alle anekdotes naar aanwijzingen, in een poging te reconstrueren wat er nou precies is gebeurd - en waarom. [2]
- Het woord notitieboek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "notitieboek" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Shira Keller 6 november 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be