onthaastte
Uiterlijk
- Geluid: onthaastte (hulp, bestand)
- ont·haast·te
vervoeging van |
---|
onthaasten |
onthaastte
- enkelvoud verleden tijd van onthaasten
- Ik onthaastte.
- Jij onthaastte.
- Hij, zij, het onthaastte.
- Ik onthaastte.
- Het woord onthaastte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.