vaderloos
Uiterlijk
- va·der·loos
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vaderloos | vaderlozer | vaderloost |
verbogen | vaderloze | vaderlozere | vaderlooste |
partitief | vaderloos | vaderlozers | - |
vaderloos
- zonder vader
- Omdat zijn vader al voor zijn geboorte was overleden is Willem de derde vaderloos opgegroeid.
- Het woord vaderloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.