vislucht
Uiterlijk
- vis·lucht
- samenstelling van vis en lucht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vislucht | visluchten |
verkleinwoord | visluchtje | visluchtjes |
- de geur van vissen
- De vreselijke vislucht kwam je al van verre tegemoet toen we in de buurt van de vismarkt kwamen.
- Het woord vislucht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vislucht" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be