wiegenkind
Uiterlijk
- Geluid: wiegenkind (hulp, bestand)
- wie·gen·kind
- samenstelling van wieg en kind met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wiegenkind | wiegenkinderen |
verkleinwoord | wiegenkindje | wiegenkindjes |
het wiegenkind o
- kind dat nog in de wieg ligt
- Het woord wiegenkind staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wiegenkind" herkend door:
78 % | van de Nederlanders; |
63 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be