het gesprek zelfst.naamw. Uitspraak: [ xeˈsprɛk ] Afbreekpatroon: ge·sprek Verbuigingen: gesprekken (meerv.) situatie dat mensen met elkaar praten Voorbeelden: 'een gesprek met iemand aanknopen' , 'Het onderwerp van gesprek is de toekomst van de vereniging.' Synoniemen: : conversatie, onderhoud in gesprek zijn (niet opgebeld kunnen worde... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/gesprek
het met elkaar praten vb: wij voerden een goed gesprek de telefoon is in gesprek [bezet] dat is het gesprek van de dag [daar praat iedereen over] een gesprek voeren [ergens over praten] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=gesprek
Uit `De lagere vaktalen: Taal van post-, telegraaf- en telefoonpersoneel` 1914 gesprek met voorrang. Transitgesprek. Dienstgesprek. Inkomend, uitgaand gesprek.
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10742