de spindel zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: spin·del Verbuigingen: spindels (meerv.) Verbuigingen: spindeltje (verkleinwoord) 1) een klos waarop de katoen- of vlasdraad wordt gewonden. Voorbeeld: 'Zij was bezig met het winden van draad aan een spindel.' 2) een as, meestal met cd's en dvd's. Voorbeeld: 'In de techn...
1) Dakspaan 2) Deel van een weefgetouw 3) Draadklos 4) Garenklos 5) Kantoorartikel 6) Klos 7) Weefspoel 8) Weefstoel 9) Weeftoestel 1) Klos 2) Weefstoel 
spinklos (toon de herkomst via de etymologiebank)
1) klos waarop garen wordt gewonden 2) van schroefdraad voorziene as die dient om een draaibeweging op iets anders over te brengen 3) plastic houder voor cd's of dvd's, die bestaat uit een bodem met in het midden een as en een over het geheel passende cilindervormige kap
spinklos
spinklos
as met (rechthoekig of trapeziumvormig) schroefdraad, voorzien van een wiel of greep waarmee deze rondgedraaid kan worden.
Stokken, gewoonlijk aan beide uiteinden spits toelopend, die als as worden gebruikt bij het handspinnen. Draden worden op de spindel getrokken en gedraaid vanuit een op het spinrok gestoken massa wol of ander materiaal. Het beeld van spindel en spinrok wordt van oudsher in verband gebracht met vrouwelijke kracht of deugd. Gebruik ‘spoelen’ voor...