(Translated by https://www.hiragana.jp/)
Hans Lipperhey: verschil tussen versies - Wikipedia Naar inhoud springen

Hans Lipperhey: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wijzigingen door 185.3.179.25 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door MatthijsWiki
Erik Put (overleg | bijdragen)
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
 
(34 tussenliggende versies door 23 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
[[Bestand:Lipperhey portrait.jpg|thumb|Portret van Hans Lipperhey in het boek van Pierre Borel 'De vero telescopii inventore']]
[[Bestand:Lipperhey portrait.jpg|thumb|Portret van Hans Lipperhey in het boek van Pierre Borel "De vero telescopii inventore" (1655)]]
'''Hans Lippershey''', of ook ''Johannes Lipperhey'', ''Laprey'', ''[[Lippe (rivier)|Lippe]](r)heim'', ([[Wesel (stad)|Wezel]], rond [[1570]] – [[Middelburg (Zeeland)|Middelburg]], begraven [[29 september]] [[1619]]) was een Duits-Nederlandse brillenmaker en lenzenslijper. Hij was (een van) de eerste(n) die een [[Hollandse kijker]] maakte(n). Vooral speelde hij echter een belangrijke rol in de popularisering van het concept van de [[verrekijker]] en [[Telescoop (optica)|telescoop]] als een instrument voor respectievelijk militaire en wetenschappelijke doeleinden. Ook was hij (een van) de eerste(n) die dit instrument tot een commercieel succes maakte(n).
'''Hans (of Johannes) Lipperhey''', ([[Wesel (stad)|Wezel]], rond [[1570]] – [[Middelburg (Zeeland)|Middelburg]], begraven [[29 september]] [[1619]]) was een Duits-Nederlandse brillenmaker en lenzenslijper.
In het Latijn werd zijn naam gespeld als ''Lapreius'', of ''Laprey''.<ref>Bij Lipperhey’s huwelijk op 12 oktober 1594 met Fanne Kools van Antwerpen werd zijn naam geschreven als 'Joannes Laprejus Veselius' (= Hans Lipperhey uit Wezel). De aanduiding “Laprey” komt voor in: Pierre Borel, ''De vero telescopii inventore'', Den Haag, 1655 [in werkelijkheid uitegegeven in 1656]. </ref> Abusievelijk is Lipperhey ook wel aangeduid als ''Lippersein'' (in een boek uit 1618)<ref> Girolamo Sirtori, ''Telescopium, sive ars perficiendi'' (Frankfurt, 1618) </ref> of ''Lippershey'' (een fout gemaakt in een gezaghebbend Engelstalig artikel uit 1831, waardoor de foutieve spelling “Lippershey” met een ‘s’ gebruikelijk is geworden in de Engelstalige literatuur)<ref> G. Moll, 'On the first Invention of Telescopes', in: "Journal of the Royal Institution" 1 (1831), 319-332; 483-496. Dit is een verkorte Engelstalige versie van Molls artikel ‘Geschiedkundig onderzoek naar de eerste uitvinders der verrekijkers, uit de aantekeningen van wijlen de hoogleraar J.H. van Swinden zamengesteld’, "Nieuwe Verhandelingen der Eerste Klasse van het Koninklijk Nederlandsch Instituut" 3 (1831), 103-209. In de Engelse versie gebruikt Moll per abuis de spelling 'Lippershey', met een 's'. Via dit Engelstalige artikel is deze spelling helaas gebruikelijk geworden in de Engelstalige literatuur.</ref>.
Lipperhey was de eerste die in september 1608 patent aanvroeg voor de uitvinding van een 'seecker instrument om verre te sien', waarmee de [[Hollandse kijker]] is bedoeld, bestaande uit een bolle en een holle lens. De aanbevelingsbrief die Lipperhey van de Gedeputeerde Staten van Zeeland meekreeg is het oudste document ter wereld waarin met zekerheid over de verrekijker wordt gesproken, al moest dat woord toen nog worden bedacht.<ref> H.J. Zuidervaart, ' ‘Uit vaderlandsliefde’: Pierre Borels De Vero Telescopii Inventore (1656) en het negentiende-eeuwse streven naar een gedenkteken voor de ‘Ware uitvinder van de verrekijker’, ''Archief. Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen'' (2007) 5-58. Zie ook: idem, ‘The Telescope’s ‘inventor. A survey of 400 years of debate’ in: Albert van Helden, Sven Dupré, Rob van Gent & Huib Zuidervaart (eds.), ''The Origins of the Telescope'', Amsterdam, 2010, 9-44.</ref>


== Leven ==
== Leven ==
Er is zo goed als niets bekend over Lipperheys leven. In 1594 woonde hij in Middelburg, waar hij in dat jaar in het huwelijk trad. In 1602 werd hij [[poorter]] van deze stad. Hij woonde in een huis tegen de abdijkerk, in de Kapoenstraat, een straat die verdween na het bombardement van Middelburg in 1940. Daar kocht hij in 1609 ook zijn buurhuis. In 1619 overleed hij, na het maken van een – bewaard gebleven – testament.<ref> Voor Lipperheys testament, zie: [https://www.zeeuwsarchief.nl/onderzoek-het-zelf/archief/?mivast=239&mizig=210&miadt=239&micode=33.2&milang=nl&mizk_alle=lipperhey&miview=inv2 Zeeuws Archief]. [https://web.archive.org/web/20230725104347/https://www.zeeuwsarchief.nl/onderzoek-het-zelf/archief/?mivast=239&mizig=210&miadt=239&micode=33.2&milang=nl&mizk_alle=lipperhey&miview=inv2 Gearchiveerd] op 25 juli 2023.</ref> In 2023 kreeg hij in Amsterdam een brug naar zich vernoemd: [[Hans Lipperheybrug]].
Er is zo goed als niets bekend over de eerste helft van zijn leven. In [[1594]] woonde hij in Middelburg, waar hij in dat jaar in het huwelijk trad. In [[1602]] werd hij [[poorter]] van deze stad. Hij was een buurman van [[Sacharias Jansen]], wonend in de Kapoenstraat.


== Ontdekking van de kijker ==
== Ontdekking van de verrekijker ==
[[Middelburg (Zeeland)|Middelburg]], de hoofdstad van [[Zeeland (provincie)|Zeeland]], werd na de [[Beleg van Antwerpen (1584-1585)|val van Antwerpen]] in [[1585]] een bloeiende, dynamische, rijke en belangrijke stad. De stad kende onder ander een bloeiende glasindustrie. Het is niet zo verbazingwekkend, als het nu lijkt, dat juist hier de zogenaamde [[Hollandse kijker]] voor het eerst werd geproduceerd.
[[Middelburg (Zeeland)|Middelburg]], de hoofdstad van [[Zeeland (provincie)|Zeeland]], werd na de [[Beleg van Antwerpen (1584-1585)|Val van Antwerpen]] in 1585 een bloeiende, dynamische, rijke en belangrijke stad. De stad kende onder ander een bloeiende glasindustrie. Het is niet zo verbazingwekkend, als het nu lijkt, dat juist hier de zogenaamde [[Hollandse kijker]] voor het eerst werd geproduceerd.<ref>H.J. Zuidervaart, ‘'Scientia' in Middelburg rond 1600. De wisselwerking tussen academici, kooplieden en handwerkers in het vroegmoderne Middelburg: essentieel voor de creatie van 's werelds eerste verrekijker?’, ''Archief. Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen'' (2017), 43-100.</ref>
Vanaf 1581 was er een glasoven aan de Blauwedijk. Het was de eerste van de Noordelijke Nederlanden. De glasmeester heette Govaert van der Haeghen.<ref name="glas">[http://www.geschiedeniszeeland.nl Geschiedenis Zeeland | geschiedeniszeeland.nl<!-- Automatisch gegenereerde titel: verbeter de omschrijving als dat mogelijk is -->]</ref>
Vanaf 1581 was er een glasoven aan de Blauwedijk in Middelburg. Het was de eerste in de Noordelijke Nederlanden. De glasmeester heette Govaert van der Haeghen. Deze ondernemer maakte gebruik van Italiaanse technieken om glas te maken. De beschikbaarheid van kwalitatief helder glas is een van de redenen voor het ontstaan van de verrekijker in Middelburg.


Echter, in 1608, toen de "Hollandse kijker" werd geïntroduceerd was men op diverse plaatsen in Europa al enige tijd bezig om te zoeken naar een vergrotend instrument, waarbij doorgaans gedacht werd aan een combinatie van een holle (brand-) spiegel met een of meer lenzen.<ref>Eileen Reeves, ''Galileo's Glassworks. The Telescope and the Mirror'', Cambridge Mass, 2008.</ref> Want dat twee lenzen samen een vergrotend effect hadden was iets dat al sinds de jaren 1530 bekend was. De Zwitserse opticus Rolf Willach heeft in 2007 aannemelijk gemaakt dat het bij de doorbraak van de verrekijker in 1608 niet zozeer is gegaan om een verbetering van de voorhanden zijnde slijptechnieken, maar veeleer om de uitvinding van het diafragma.<ref>Rolf Willach, ‘Der lange Weg zur Erfindung des Fernrohres’, in: ''Acta Historica Astronomiae'', vol. 33, 34-126; idem, 'The long road to the invention of the telescope', in: Van Helden [ et al], ''The Origins of the Telescope'' (2010), 93-127. </ref> Doordat in een verrekijker het totale oppervlak van de voorste lens (het objectief) bijdraagt aan de beeldvorming en destijds alleen het midden van een lens goed geslepen kon worden, wordt het beeld in een verrekijker pas scherp als het objectief met een diafragma wordt afgedekt. Er was dus ''geen'' sprake van een langjarig proces, waarbij men er geleidelijk in slaagde de vervaardiging van lenzen steeds beter onder de knie te krijgen.
In de jaren [[1590]] introduceerden Italianen nieuwe technieken om glas te maken in Middelburg. [[Sacharias Jansen]], Hans Lipperhey en anderen maakten hier gebruik van, wat uiteindelijk zou resulteren in de 'uitvinding' van de verrekijker. Hierbij borduurden zij voort op reeds bekend zijnde principes.
Toen een van hen de "Hollandse kijker" voor het eerst introduceerde, was er geen sprake van revolutionaire technologische innovatie, maar eerder van een langjarig proces, waardoor men er geleidelijk in slaagde de vervaardiging van lenzen steeds beter onder de knie te krijgen. Zo werd het voor [[lens (optica)|lenzenslijpers]], [[bril]]lenmakers en andere [[glas]]bewerkers mogelijk om de reeds lang bekend zijnde vergrotings- en verkleiningseffecten, steeds gecontroleerder te reproduceren.
<br>Een waarschijnlijk achteraf verzonnen eureka-verhaal vertelt dat Lipperhey op de dag van zijn ontdekking twee van zijn eigen kinderen in zijn winkel zag spelen met twee lenzen, de ene bol, de ander hol. Toen zij die lenzen samenvoegden en ermee naar het windhaantje op de kerktoren keken, werd het zicht wonderlijk vergroot. Toen Lippershey dat zag, zou hij besloten hebben zelf een verrekijker te maken.


== Patentaanvraag en eerste demonstratie in Den Haag ==
== Patent ==
[[Bestand:Lipperhey.jpg|thumb|Het document waarop de patentaanvraag van Lipperhey vermeld staat.]] In [[1608]], op 25 september vroeg hij bij het dagelijks bestuur van de [[Staten van Zeeland]], de Gecommitteerde Raden, een introductiebrief voor de [[Staten-Generaal van de Nederlanden|Staten Generaal]] van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.<ref>[http://books.google.com/books?id=KAWwzHlDVksC&pg=PA30&dq=Hans+Lippershey+inventor+of+the+telescope.&hl=en&ei=uJKiTJvkIsP6lweQ4dHbAw&sa=X&oi=book_result&ct=result&resnum=5&ved=0CD8Q6AEwBDgK#v=onepage&q=Hans%20Lippershey%20inventor%20of%20the%20telescope.&f=false The History of the Telescope By Henry C. King, page 30]</ref> Tussen 2 en 6 oktober gaf Lipperhey vervolgens in Den Haag op het hoofdkwartier van [[Maurits van Oranje|Prins Maurits]] reeds een succesvolle demonstratie van zijn vinding om 'verre te zien'. Vanuit een toren in [[Den Haag]] kon men de tijd op de kerkklok van [[Delft]] aflezen. Bij deze demonstratie was een keur van diplomaten en hoge militairen aanwezig, waaronder [[Frederik Hendrik van Oranje|Frederik Hendrik]], de toekomstige stadhouder van de Republiek, [[Ambrogio Spinola]], de succesvolle Italiaanse generaal in [[Spanje|Spaanse]] en [[Spaanse Nederlanden|Brusselse]] dienst en de ambassadeur van [[Republiek Venetië|Venetië]]. Het gezelschap, bijeen gebracht in verband met de onderhandelingen voor het [[Twaalfjarig Bestand]] in de [[Tachtigjarige Oorlog]], was direct overtuigd van het militaire nut van de vinding. Via deze weg raakte het nieuws van deze verrekijker verspreid door heel Europa.
[[Bestand:Lipperhey.jpg|thumb|Het document waarop de patentaanvraag van Lipperhey vermeld staat.]] In 1608, op 25 september vroeg hij bij het dagelijks bestuur van de [[Staten van Zeeland]], de Gecommitteerde Raden, een introductiebrief voor de [[Staten-Generaal van de Nederlanden|Staten Generaal]] van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Tussen 2 en 6 oktober gaf Lipperhey in Den Haag op het hoofdkwartier van [[Maurits van Oranje|Graaf Maurits van Nassau]] een succesvolle demonstratie van zijn vinding om 'verre te zien'. Vanuit de [[Mauritstoren]] in [[Den Haag]] kon men de tijd op de kerkklok van [[Delft]] aflezen. Bij deze demonstratie was een keur van diplomaten en hoge militairen aanwezig, waaronder [[Frederik Hendrik van Oranje|Frederik Hendrik]], de toekomstige stadhouder van de Republiek, [[Ambrogio Spinola]], de succesvolle Italiaanse generaal in [[Spanje|Spaanse]] en [[Spaanse Nederlanden|Brusselse]] dienst. Het gezelschap, bijeen gebracht in verband met de onderhandelingen voor het [[Twaalfjarig Bestand]] in de [[Tachtigjarige Oorlog]], was direct overtuigd van het militaire nut van de vinding. Via hen raakte het nieuws van deze verrekijker verspreid door heel Europa.<ref>H. Zoomers, ''Embassies of the King of Siam sent to his excellence Prince Maurits, arrived in The Hague on 10 September 1608. An early 17th century newsletter, reporting both the visit of the first Siamese diplomatic mission to Europe and the first documented demonstration of a telescope worldwide'', Wassenaar: Louwman, 2008.</ref>


Al een jaar later fabriceerde [[Galileo Galilei|Galileo]], geïnspireerd door het nieuws van de vinding van Lipperhey, een verbeterde versie van de kijker, waarmee hij in 1609 een aantal opzienbarende astronomische ontdekkingen deed. Lipperhey kreeg, als dank voor zijn moeite, opdracht van de Staten-Generaal om zes kijkers voor het leger te leveren. Hij vroeg 1000 gulden per stuk. Ook vroeg Lipperhey octrooi aan op zijn kijker. Toen zijn aanvraag enkele weken later echter werd gevolgd door een tweede aanvraag, van de [[Alkmaar (Nederland)|Alkmaarse]] brillenmaker [[Jacob Metius]] die eerder in 1608 Middelburg had bezocht nadat hij had gehoord dat daar iemand een instrument had om “verre te kijken”, en toen in oktober bleek dat ook de glasblazer [[Sacharias Jansen]], de buurman van Lipperhey, en weer terug van zijn reis naar de [[Vrije Stad Frankfurt|Frankfurter Messe]], in het bezit was van eenzelfde soort kijker, besloot de Staten-Generaal om geen patent toe te kennen.
Toen Lipperheys octrooiaanvraag enkele weken later gevolgd werd door een tweede aanvraag van een patent, nu van de [[Alkmaar (Nederland)|Alkmaarse]] brillenmaker [[Jacob Metius]], en toen in oktober 1608 bleek dat in Middelburg een andere 'jongman' woonde, die ook beweerde de 'conste' te bezitten om 'instrumenten te maecken om verre dingen naeby te sien', besloten de gedeputeerden van de Staten-Generaal om geen patent toe te kennen.
Wel kreeg Lipperhey de opdracht om drie [[Binoculair|binoculaire kijkers]] te leveren. Hij ontving daar 900 [[karolusgulden]]s voor. Van dat bedrag kocht hij in 1609 zijn buurhuis, dat hij ''In de Dry Vare Gesichten'' noemde.


Al een jaar later fabriceerde [[Galileo Galilei|Galileo]], geïnspireerd door het nieuws van Lipperheys vinding, een verbeterde versie van de verrekijker. Hij deed er een aantal opzienbarende astronomische ontdekkingen mee, die hij in 1610 publiceerde in zijn ''[[Sidereus nuncius]]''.
== Prioriteit ==
Het is niet bekend of Lipperhey ook daadwerkelijk de eerste uitvinder, beter gezegd, ontdekker, van de telescoop was. Na de dood van Sacharias Jansen claimde diens zoon Johannes dat zijn vader de eerste maker was van het instrument. In een aantekening van de geleerde [[Isaac Beeckman]] van 1634 staat te lezen: “Johannes Sacharias seght, dat syn vader den eersten verrekycker maeckte hier te lande anno 1604, naer eene van eenen Italiaan, daerop stont: anno 1590”.<ref name="beeckman">http://www.xs4all.nl/~adcs/beeckman/index.html 'Journael van Isaac Beeckman'</ref>.


== Bronnen ==
== Onderzoeken ==
De wetenschapshistoricus [[Cornelis de Waard]] (1879 - 1963) meende dat met de niet bij name genoemde ‘jongman’ de toen ongeveer twintigjarige [[Sacharias Jansen]] uit Middelburg was bedoeld. In dat vermoeden werd hij gesterkt door een getuigenis over de uitvinding, afgelegd in 1634. Dit bericht had De Waard aangetroffen in het handschrift van de Zeeuw [[Isaac Beeckman]]. Beeckman nam destijd les in het slijpen en polijsten van lenzen bij de in Middelburg werkzame lenzenslijper [[Johannes Sachariassen]]. In juni 1634 noteerde hij in zijn dagboek dat “Johannes Sacharias seght, dat syn vader den eersten verrekycker maeckte hier te lande ano 1604, naer eene van eenen ltaliaen, daerop stont: ano 90.”.
* [[Daniel J. Boorstin]], ''[[The Discoverers]]'' (New York: Random House, 1983), 315.
In navolging van een al in 1655 ingesteld onderzoek naar de vraag ‘wie de verrekijker had uitgevonden’, meende De Waard dat de verrekijker al in 1590 te Middelburg zou zijn uitgevonden.
* [http://www.lansbergen.net/astro/Observator_2004_nummer_3.pdf Observator, Tijdschrift en mededelingenblad voor sterrenkunde, ruimtevaart en aanverwante wetenschappen, Nummer 3, 2004.]{{dode link|datum=augustus 2017 |bot=InternetArchiveBot }}

Dit eerdere onderzoek uit 1655 was uitgevoerd op verzoek van de In Middelburg geboren diplomaat [[Willem Boreel]], destijds de Nederlandse ambassadeur in Frankrijk. Door een getuigenis van de toen in Middelburg werkzame lenzenslijper Johannes Sachariassen, is toen zijn vader [[Sacharias Jansen]] postuum als de ‘eerste’ uitvinder gekenmerkt en Hans Lipperhey, slechts als tweede uitvinder.<ref> Pierre Borel, “De vero telescopii inventore”, Den Haag , 1655.</ref> Uitgebreid archiefonderzoek heeft inmiddels echter aangetoond dat alle verifieerbare feiten uit deze verklaring onjuist zijn.<ref>Zuidervaart, ‘The Telescope’s ‘inventor’ (2010), 35, 43-44.</ref>
Bovendien is vast komen te staan dat Sacharias Jansen pas in 1616 brillenmaker is geworden, nadat hij het jaar tevoren de gereedschappen had verworven van Lowys Lowyssen, “geseyt Henricxen brilmakers”.<ref>idem</ref> Daarmee heeft Lipperhey zijn rechtmatige plaats als eerste uitvinder weer terug gekregen.

== Fictie ==
Een [[apocrief]] verhaal dat twee kinderen van een brillenmaker, al spelend met twee lenzen (de ene bol, de ander hol) de kijker al spelend hebben uitgevonden, eenvoudigweg door deze lenzen samen te voegen en ermee naar het haantje op de kerktoren te kijken, dateert uit de achttiende eeuw.

== Noten en referenties ==
{{References}}
{{References}}


== Externe links ==
== Externe links ==
* {{en}}[https://www.angelfire.com/ga/astronomyclubaugusta/History/binohist.txt Geschiedenis van de verrekijker.]
* {{en}}[http://micro.magnet.fsu.edu/optics/timeline/people/lippershey.html Pioniers in optische instrumenten.]
* {{en}}[http://www.europa.com/~telscope/binohist.txt Geschiedenis van de verrekijker.]
* [http://www.stilus.nl/borel/borel1655.pdf Pierre Borel,'De vero telescopii inventore...']

* [http://www.lansbergen.net/astro/Observator_2004_nummer_3.pdf Han Beekman - ''De telescoop, wie vond hem uit?'' blz. 8, Observator, september 2004, jaargang 23, nummer 3]{{dode link|datum=augustus 2017 |bot=InternetArchiveBot }}
{{Bibliografische informatie}}
* [http://fermi.imss.fi.it/rd/bdv?/bdviewer/bid=000000300919 Pierre Borel,'De vero telescopii inventore...']


{{DEFAULTSORT:Lippershey, Hans}}
{{DEFAULTSORT:Lipperhey, Hans}}
[[Categorie:Nederlands uitvinder]]
[[Categorie:Nederlands uitvinder]]
[[Categorie:Duits uitvinder]]
[[Categorie:Opticus]]
[[Categorie:Opticus]]
[[Categorie:Persoon in de Nederlanden in de 17e eeuw]]
[[Categorie:Persoon in de Nederlanden in de 17e eeuw]]

Huidige versie van 23 nov 2023 om 09:18

Portret van Hans Lipperhey in het boek van Pierre Borel "De vero telescopii inventore" (1655)

Hans (of Johannes) Lipperhey, (Wezel, rond 1570Middelburg, begraven 29 september 1619) was een Duits-Nederlandse brillenmaker en lenzenslijper. In het Latijn werd zijn naam gespeld als Lapreius, of Laprey.[1] Abusievelijk is Lipperhey ook wel aangeduid als Lippersein (in een boek uit 1618)[2] of Lippershey (een fout gemaakt in een gezaghebbend Engelstalig artikel uit 1831, waardoor de foutieve spelling “Lippershey” met een ‘s’ gebruikelijk is geworden in de Engelstalige literatuur)[3]. Lipperhey was de eerste die in september 1608 patent aanvroeg voor de uitvinding van een 'seecker instrument om verre te sien', waarmee de Hollandse kijker is bedoeld, bestaande uit een bolle en een holle lens. De aanbevelingsbrief die Lipperhey van de Gedeputeerde Staten van Zeeland meekreeg is het oudste document ter wereld waarin met zekerheid over de verrekijker wordt gesproken, al moest dat woord toen nog worden bedacht.[4]

Er is zo goed als niets bekend over Lipperheys leven. In 1594 woonde hij in Middelburg, waar hij in dat jaar in het huwelijk trad. In 1602 werd hij poorter van deze stad. Hij woonde in een huis tegen de abdijkerk, in de Kapoenstraat, een straat die verdween na het bombardement van Middelburg in 1940. Daar kocht hij in 1609 ook zijn buurhuis. In 1619 overleed hij, na het maken van een – bewaard gebleven – testament.[5] In 2023 kreeg hij in Amsterdam een brug naar zich vernoemd: Hans Lipperheybrug.

Ontdekking van de verrekijker

[bewerken | brontekst bewerken]

Middelburg, de hoofdstad van Zeeland, werd na de Val van Antwerpen in 1585 een bloeiende, dynamische, rijke en belangrijke stad. De stad kende onder ander een bloeiende glasindustrie. Het is niet zo verbazingwekkend, als het nu lijkt, dat juist hier de zogenaamde Hollandse kijker voor het eerst werd geproduceerd.[6] Vanaf 1581 was er een glasoven aan de Blauwedijk in Middelburg. Het was de eerste in de Noordelijke Nederlanden. De glasmeester heette Govaert van der Haeghen. Deze ondernemer maakte gebruik van Italiaanse technieken om glas te maken. De beschikbaarheid van kwalitatief helder glas is een van de redenen voor het ontstaan van de verrekijker in Middelburg.

Echter, in 1608, toen de "Hollandse kijker" werd geïntroduceerd was men op diverse plaatsen in Europa al enige tijd bezig om te zoeken naar een vergrotend instrument, waarbij doorgaans gedacht werd aan een combinatie van een holle (brand-) spiegel met een of meer lenzen.[7] Want dat twee lenzen samen een vergrotend effect hadden was iets dat al sinds de jaren 1530 bekend was. De Zwitserse opticus Rolf Willach heeft in 2007 aannemelijk gemaakt dat het bij de doorbraak van de verrekijker in 1608 niet zozeer is gegaan om een verbetering van de voorhanden zijnde slijptechnieken, maar veeleer om de uitvinding van het diafragma.[8] Doordat in een verrekijker het totale oppervlak van de voorste lens (het objectief) bijdraagt aan de beeldvorming en destijds alleen het midden van een lens goed geslepen kon worden, wordt het beeld in een verrekijker pas scherp als het objectief met een diafragma wordt afgedekt. Er was dus geen sprake van een langjarig proces, waarbij men er geleidelijk in slaagde de vervaardiging van lenzen steeds beter onder de knie te krijgen.

Patentaanvraag en eerste demonstratie in Den Haag

[bewerken | brontekst bewerken]
Het document waarop de patentaanvraag van Lipperhey vermeld staat.

In 1608, op 25 september vroeg hij bij het dagelijks bestuur van de Staten van Zeeland, de Gecommitteerde Raden, een introductiebrief voor de Staten Generaal van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Tussen 2 en 6 oktober gaf Lipperhey in Den Haag op het hoofdkwartier van Graaf Maurits van Nassau een succesvolle demonstratie van zijn vinding om 'verre te zien'. Vanuit de Mauritstoren in Den Haag kon men de tijd op de kerkklok van Delft aflezen. Bij deze demonstratie was een keur van diplomaten en hoge militairen aanwezig, waaronder Frederik Hendrik, de toekomstige stadhouder van de Republiek, Ambrogio Spinola, de succesvolle Italiaanse generaal in Spaanse en Brusselse dienst. Het gezelschap, bijeen gebracht in verband met de onderhandelingen voor het Twaalfjarig Bestand in de Tachtigjarige Oorlog, was direct overtuigd van het militaire nut van de vinding. Via hen raakte het nieuws van deze verrekijker verspreid door heel Europa.[9]

Toen Lipperheys octrooiaanvraag enkele weken later gevolgd werd door een tweede aanvraag van een patent, nu van de Alkmaarse brillenmaker Jacob Metius, en toen in oktober 1608 bleek dat in Middelburg een andere 'jongman' woonde, die ook beweerde de 'conste' te bezitten om 'instrumenten te maecken om verre dingen naeby te sien', besloten de gedeputeerden van de Staten-Generaal om geen patent toe te kennen. Wel kreeg Lipperhey de opdracht om drie binoculaire kijkers te leveren. Hij ontving daar 900 karolusguldens voor. Van dat bedrag kocht hij in 1609 zijn buurhuis, dat hij In de Dry Vare Gesichten noemde.

Al een jaar later fabriceerde Galileo, geïnspireerd door het nieuws van Lipperheys vinding, een verbeterde versie van de verrekijker. Hij deed er een aantal opzienbarende astronomische ontdekkingen mee, die hij in 1610 publiceerde in zijn Sidereus nuncius.

De wetenschapshistoricus Cornelis de Waard (1879 - 1963) meende dat met de niet bij name genoemde ‘jongman’ de toen ongeveer twintigjarige Sacharias Jansen uit Middelburg was bedoeld. In dat vermoeden werd hij gesterkt door een getuigenis over de uitvinding, afgelegd in 1634. Dit bericht had De Waard aangetroffen in het handschrift van de Zeeuw Isaac Beeckman. Beeckman nam destijd les in het slijpen en polijsten van lenzen bij de in Middelburg werkzame lenzenslijper Johannes Sachariassen. In juni 1634 noteerde hij in zijn dagboek dat “Johannes Sacharias seght, dat syn vader den eersten verrekycker maeckte hier te lande ano 1604, naer eene van eenen ltaliaen, daerop stont: ano 90.”. In navolging van een al in 1655 ingesteld onderzoek naar de vraag ‘wie de verrekijker had uitgevonden’, meende De Waard dat de verrekijker al in 1590 te Middelburg zou zijn uitgevonden.

Dit eerdere onderzoek uit 1655 was uitgevoerd op verzoek van de In Middelburg geboren diplomaat Willem Boreel, destijds de Nederlandse ambassadeur in Frankrijk. Door een getuigenis van de toen in Middelburg werkzame lenzenslijper Johannes Sachariassen, is toen zijn vader Sacharias Jansen postuum als de ‘eerste’ uitvinder gekenmerkt en Hans Lipperhey, slechts als tweede uitvinder.[10] Uitgebreid archiefonderzoek heeft inmiddels echter aangetoond dat alle verifieerbare feiten uit deze verklaring onjuist zijn.[11] Bovendien is vast komen te staan dat Sacharias Jansen pas in 1616 brillenmaker is geworden, nadat hij het jaar tevoren de gereedschappen had verworven van Lowys Lowyssen, “geseyt Henricxen brilmakers”.[12] Daarmee heeft Lipperhey zijn rechtmatige plaats als eerste uitvinder weer terug gekregen.

Een apocrief verhaal dat twee kinderen van een brillenmaker, al spelend met twee lenzen (de ene bol, de ander hol) de kijker al spelend hebben uitgevonden, eenvoudigweg door deze lenzen samen te voegen en ermee naar het haantje op de kerktoren te kijken, dateert uit de achttiende eeuw.

Noten en referenties

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. Bij Lipperhey’s huwelijk op 12 oktober 1594 met Fanne Kools van Antwerpen werd zijn naam geschreven als 'Joannes Laprejus Veselius' (= Hans Lipperhey uit Wezel). De aanduiding “Laprey” komt voor in: Pierre Borel, De vero telescopii inventore, Den Haag, 1655 [in werkelijkheid uitegegeven in 1656].
  2. Girolamo Sirtori, Telescopium, sive ars perficiendi (Frankfurt, 1618)
  3. G. Moll, 'On the first Invention of Telescopes', in: "Journal of the Royal Institution" 1 (1831), 319-332; 483-496. Dit is een verkorte Engelstalige versie van Molls artikel ‘Geschiedkundig onderzoek naar de eerste uitvinders der verrekijkers, uit de aantekeningen van wijlen de hoogleraar J.H. van Swinden zamengesteld’, "Nieuwe Verhandelingen der Eerste Klasse van het Koninklijk Nederlandsch Instituut" 3 (1831), 103-209. In de Engelse versie gebruikt Moll per abuis de spelling 'Lippershey', met een 's'. Via dit Engelstalige artikel is deze spelling helaas gebruikelijk geworden in de Engelstalige literatuur.
  4. H.J. Zuidervaart, ' ‘Uit vaderlandsliefde’: Pierre Borels De Vero Telescopii Inventore (1656) en het negentiende-eeuwse streven naar een gedenkteken voor de ‘Ware uitvinder van de verrekijker’, Archief. Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (2007) 5-58. Zie ook: idem, ‘The Telescope’s ‘inventor. A survey of 400 years of debate’ in: Albert van Helden, Sven Dupré, Rob van Gent & Huib Zuidervaart (eds.), The Origins of the Telescope, Amsterdam, 2010, 9-44.
  5. Voor Lipperheys testament, zie: Zeeuws Archief. Gearchiveerd op 25 juli 2023.
  6. H.J. Zuidervaart, ‘'Scientia' in Middelburg rond 1600. De wisselwerking tussen academici, kooplieden en handwerkers in het vroegmoderne Middelburg: essentieel voor de creatie van 's werelds eerste verrekijker?’, Archief. Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (2017), 43-100.
  7. Eileen Reeves, Galileo's Glassworks. The Telescope and the Mirror, Cambridge Mass, 2008.
  8. Rolf Willach, ‘Der lange Weg zur Erfindung des Fernrohres’, in: Acta Historica Astronomiae, vol. 33, 34-126; idem, 'The long road to the invention of the telescope', in: Van Helden [ et al], The Origins of the Telescope (2010), 93-127.
  9. H. Zoomers, Embassies of the King of Siam sent to his excellence Prince Maurits, arrived in The Hague on 10 September 1608. An early 17th century newsletter, reporting both the visit of the first Siamese diplomatic mission to Europe and the first documented demonstration of a telescope worldwide, Wassenaar: Louwman, 2008.
  10. Pierre Borel, “De vero telescopii inventore”, Den Haag , 1655.
  11. Zuidervaart, ‘The Telescope’s ‘inventor’ (2010), 35, 43-44.
  12. idem
[bewerken | brontekst bewerken]