(Translated by https://www.hiragana.jp/)
foutre - WikiWoordenboek Naar inhoud springen

foutre

Uit WikiWoordenboek
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
foutre
foutais
foutu
volledig

foutre

  1. (spreektaal) (vulgair) neuken, naaien
    «Va te faire foutre
    Krijg de tering! Rot op! (letterlijk: laat je naaien) [2]
  2. (spreektaal) (vulgair) zetten, leggen, geven
    «Arrête ou je te fous une baffe.»
    Hou op of ik geef je een dreun.
    «Où as-tu foutu les clefs de la maison?»
    Waar heb je de sleutels van het huis gelaten?
    «On lui a foutu une balle dans la peau.»
    Ze hebben hem omgelegd. (letterlijk: een kogel in de huid geschoten) [2]
  3. (spreektaal) (vulgair) doen, uitspoken, uitvoeren
    «Qu’est-ce que tu fous
    Wat ben je aan het uitspoken
    «Mon frangin ne fout rien en classe.»
    Mijn broer voert geen bal uit in de klas. [2]