(Translated by https://www.hiragana.jp/)
Bergen op Zoom, Heusden of Den Haag: waar werd de ‘blinde beiaardier van de Domtoren’ nu echt geboren? | de Volkskrant
Direct naar artikelinhoud
Klassiek

Bergen op Zoom, Heusden of Den Haag: waar werd de ‘blinde beiaardier van de Domtoren’ nu echt geboren?

Musicoloog Thiemo Wind dook de archieven in en meent dat de componist geboren moet zijn in Den Haag.

De Domtoren in Utrecht.Beeld ANP

Op warme zomeravonden stond hij blokfluit te spelen op het Utrechtse Janskerkhof, tot plezier van voorbijgangers. Als beiaardier van de Domtoren en de Janskerk had geen musicus in de stad zo’n groot publiek als hij. Vier eeuwen later wordt de muziek van de blind geboren Jacob van Eyck (ca. 1590 – 1657) nog steeds gespeeld door blokfluitisten over de hele wereld en zien we hem als een van de belangrijkste Nederlandse componisten van de 17de eeuw.

Alleen moet zijn biografie eens goed worden herzien. Want waar kwam hij nou eigenlijk vandaan?

In het Brabantse vestingstadje Heusden zijn ze trots op hun oud-stadsgenoot: Van Eyck zou er mogelijk zijn geboren en er toch in elk geval zijn opgegroeid. Maar volgens musicoloog Thiemo Wind klopt dit niet. Bij wijze van coronaproject dook Wind, die in 2006 promoveerde op 17de-eeuwse blokfluitmuziek van met name Van Eyck, de archieven in. Hij ontdekte dat Van Eyck twintig jaar in Bergen op Zoom woonde en meent dat de componist geboren moet zijn in Den Haag.

Een detail? Voor steden die graag pronken met beroemde inwoners, maakt het uit. In Heusden-Vesting hebben ze een Jacob van Eyckpassage en was er twee keer een festival. Nu Bergen op Zoom de bakermat blijkt, wordt ook daar over een festival gesproken. De toren van de Bergse Sint-Gertrudiskerk wordt momenteel ingericht als expositieruimte: daar zal informatie over Van Eycks levensloop een plek krijgen.

Met het leven van Jacob van Eyck, jonkheer welteverstaan, was Wind niet echt bezig geweest. Tot een paar jaar geleden, toen de Heusdense streekarchivaris Hildo van Engen hem wees op een kanttekening bij de inschrijving van Jacob van Eyck bij de Hervormde Kerk in 1618. ‘Met attestatie van Bergen op Zoom’, stond er. Met andere woorden: de toen 28-jarige Van Eyck verhuisde van Bergen op Zoom naar Heusden.

Voor Bergen op Zoom is het een opsteker: lang werd beweerd dat de grote renaissancecomponist Jacob Obrecht uit Bergen op Zoom kwam, tot in 1993 definitief werd vastgesteld dat hij in Gent was geboren. Toch mag Bergen op Zoom zich niet rijk rekenen als geboorteplaats van Van Eyck, meent Wind.

‘De vader van Van Eyck was door problemen op zijn werk als belastinginner in 1589 onder bewaking gesteld in Den Haag’, vertelt de musicoloog. ‘Ik vond een brief die het zeer aannemelijk maakt dat mevrouw Van Eyck hem vanuit Heusden vergezelde en dat Jacob dus in Den Haag is geboren. Toen Jacob 8 was, ging de familie naar Bergen op Zoom; waarschijnlijk kregen ze financiële hulp van ooms. Later zijn vader en moeder terug verhuisd naar Heusden, maar Jacob bleef achter.’

Waarom? ‘Hij had in Bergen op Zoom meer kansen. Zijn ooms waren relatief rijk en hadden een hofhouding, met koks en zelfs een paar zangers in dienst. Dan was er ook wel iemand die voor een blinde jongen kon zorgen.’

In de toren van de Sint-Gertrudiskerk moet Jacob een knecht zijn geweest van de uurwerkmaker. ‘Maar je neemt niet een blinde aan in een technisch beroep. Die uurwerkmaker is gewoon door oom gouverneur betaald om Jacob zoet te houden, anders is het niet te verklaren. Die heeft hem de toren mee op genomen en alles op de tast geleerd.’

We kennen Van Eyck nu vooral als componist van Der Fluyten-Lust-Hof, de grootste verzameling muziek voor een (blok)fluit, die door zijn assistent is opgetekend. Maar in zijn tijd werd hij vooral geroemd als campanoloog, een klokkendeskundige. Hij stond erom bekend dat hij door zijn feilloze gehoor geweldig goed was in het stemmen van de klokken van de beiaard.

Wind: ‘In Utrecht had hij een knecht, voor wie hij extra salaris kreeg. Die hielp hem naar boven en werkte op zijn aanwijzingen aan de klokken. Van Eyck wist precies welke hamer of beitel hij nodig had.’ De laagjes brons werden dan van de binnenkant van de klok afgebeiteld. ‘Hij voelde aan de trillingen van een klok hoe die gestemd moest worden.’

Ook over dat aspect van zijn leven willen we nog veel meer weten. ‘Natuurlijk moet er een biografie komen’, zegt Wind. ‘Dus ik ga schrijven.’